Veiligheid

Veiligheid, gezondheid en continue kwaliteit

Risico-inventarisatie

De Wet Kinderopvang schrijft voor dat ieder kinderdagverblijf een uitgebreide risico-inventarisatie doet, hier een actieplan aan koppelt en dit plan jaarlijks evalueert.

Kinderen ontwikkelen zich snel, zijn nieuwsgierig en willen de wereld om zich heen ontdekken. Daarbij zien ze geen gevaar, dit moeten ze leren. Omdat het voor de pedagogisch medewerkers onmogelijk is om elke minuut van de dag alle kinderen in de gaten te houden, is een veilige omgeving van groot belang. Hierbij is er een spanningsveld tussen veiligheid en pedagogische aspecten. Niet alle veiligheidsrisico’s kunnen worden afgedekt, wel moet de kans op ernstig letsel voorkomen worden. De toezichthouder (GGD-inspecteur) controleert de veiligheid en de gezondheidsaspecten van de kinderopvang aan de hand van de actieplannen van het kinderdagverblijf en voert elk jaar een aantal aangekondigde ( of onaangekondigde ) inspecties uit.

Ieder jaar wordt een risico-inventarisatie van de veiligheids- en gezondheidsaspecten uitgevoerd door de medewerkers, waarbij vooral door de ogen en vanuit het gedrag van kinderen gekeken wordt. De inventarisatie van het kinderdagverblijf is gericht op: Welke risico’s lopen de kinderen? Hoe groot is daarbij de kans op ernstig letsel voor een kind? De combinatie kans en ernst is een maat voor de urgentie. De actieplannen en het gezondheids- en veiligheidsverslag naar aanleiding van de door de medewerkers uitgevoerde risico-inventarisaties wordt uitgevoerd door de beleidsmedewerker. De actieplannen omvatten de volgende onderdelen : risico, maatregelen, door wie de maatregelen worden genomen, streefdatum, datum gerealiseerd.

Gezondheid en hygiëne

Om gezondheid en hygiëne zo goed mogelijk te kunnen waarborgen, hebben we protocollen voor gezondheid, schoonmaak, veiligheid ontwikkeld. Deze protocollen zijn te vinden in de map protocollen en in de map medewerkers.

Signaleren van problemen

Het kan zo zijn dat een van de pedagogisch medewerkers een probleem signaleert. Een kind lijkt zich niet op zijn gemak te voelen in de groep of hij gedraagt zich anders dan gebruikelijk. Een pedagogisch medewerker is alert op veranderingen in het gedrag van kinderen, dan wel positief of negatief. Als een pedagogisch medewerker vermoedt dat er iets aan de hand is, wordt dit eerst met het kind besproken. Wanneer blijkt dat het daadwerkelijk om een probleem gaat en niet direct opgelost kan worden, vindt er een overleg plaats tussen het kindercentrum en ouders. Een pedagogisch medewerker waakt ervoor iets te noemen zonder dat zij dit concreet kunnen omschrijven.

Villa de Buitenkans is aangesloten bij de verwijsindex, de handreiking melden verwijsindex is te vinden in de GGD-map. De verwijsindex is een ICT-toepassing voor hulpverleners en professionals in de jeugdketen waarin risicomeldingen over jongeren van 0 tot 23 jaar worden vastgelegd. Het gaat daarbij om kinderen/jongeren met problemen in materiële omstandigheden, gezondheid, opvoeding en gezinsrelaties, onderwijs en werk of de sociale omgeving buiten het gezin en het kindercentrum. Professionals uit de jeugdketen melden deze risicosignalen aan de centrale, landelijke verwijsindex. Wanneer er al eerdere meldingen over een bepaalde jongere zijn gedaan, worden de betrokken instanties actief geïnformeerd over elkaars melding, waardoor een jeugdketen ontstaat. De verwijsindex is in het leven geroepen om de diverse hulpverleners en instanties met elkaar in contact te brengen voor een goede samenwerking.
Door kinderen waarover wij ons zorgen maken aan te melden in de verwijsindex, hopen we een bijdrage te kunnen leveren aan het oplossen en voorkomen van problemen die in een later stadium groter kunnen worden. Ook de combinatie van diverse professionals helpt bij het ondersteunen van de kinderen. Door een melding in de verwijsindex krijgen we een beeld van de eventuele verdere hulpverlening die al in het gezin plaatsvindt en kunnen we indien van belang, samenwerken.

De overweging vindt plaats aan de hand van onderling overleg en met toestemming van de ouders. De besluitvorming gaat altijd via het managementteam. De criteria zijn gevormd aan de hand van onze visie en het kijken naar het welbevinden en betrokkenheid van de kinderen. Dit is een aanpassing op de bestaande criteria.

Alle bovengenoemde protocollen zijn te vinden in de map protocollen op de administratie. Nieuwe protocollen worden besproken met pedagogisch medewerkers. Alle nieuwe medewerkers krijgen een map waarin de protocollen te vinden zijn, de map “nieuwe medewerkers”.